Het betreft primair flatgebouwen uit de jaren zestig,
waarbij de galerijen en ook de balkons zijn doorgestort.
De daarmee ontstane koudebruggen nam men in die periode, nog voor de oliecrises, voor lief. In de jaren zeventig en tachtig paste men een nokkenconstructie toe, die eveneens voorbij ging aan het bestrijden van koudebruggen. Pas in de jaren negentig tot heden worden koudebruggen voorkomen door het gebruik van zogenoemde isokorven.

Specifiek voor flatgebouwen met stichtingsjaren zestig, zeventig en tachtig vinden degradatieverschijnselen plaats die vaak met het blote oog niet zijn waar te nemen. De verschillende schademechanismen in beton concentreren zich in deze gevallen voornamelijk op:
Voor bezitters en beheerders van deze risicogebouwen uit de jaren zestig, zeventig en tachtig, kondigt zich momenteel de vraag aan hoe veilig de galerijen en balkons op dit moment zijn.
Risicogebouwen